De Zuiderzee: Het grootste droge scheepskerkhof ter wereld

De Zuiderzee is vanaf de late middeleeuwen tot de afsluiting in 1932 het dagelijkse vaargebied geweest van vele binnenschippers. Zij spelen een bescheiden rol binnen de maritieme geschiedschrijving van Nederland, omdat hun activiteiten nauwelijks sporen hebben achtergelaten in de archieven. Toch zijn er bronnen om deze tak van de scheepvaart te onderzoeken: de meer dan 450 scheepswrakken die hier vanaf de eerste inpolderingen tot en met recente duikoperaties zijn aangetroffen - het grootste droge scheepskerkhof ter wereld.

In september 2021 promoveerde ADC medewerker Wouter Waldus aan de Rijksuniversiteit Groningen op zijn onderzoek naar de Zuiderzee als transportlandschap. Zijn boek beschrijft en onderzoekt de turfvaart over de Zuiderzee in de periode 1550 tot 1700, wat een prachtig en beeldend verhaal heeft opgeleverd over de sociaaleconomische aspecten van binnenvaartschepen en het leven van de binnenschippers in die periode.

Dat het onderwerp van zijn studie turf betrof heeft belangrijke redenen gehad: de energievoorziening is immers, net als nu, een belangrijk en bepalend thema geweest bij de opkomst van de vroegmoderne Hollandse economie en de ontwikkeling van de ‘Gouden Eeuw’. Het winnen van turf ging samen met het ontstaan en de ontwikkeling van binnenvaarwegen en alle daaraan gerelateerde maritieme infrastructuur. Daarnaast bestaat over de Nederlandse vervening een omvangrijke hoeveelheid literatuur, waaraan deze studie over het transport van brandstof over de Zuiderzee een belangrijke aanvulling kon geven.

Waldus stelt verder dat, op basis van onderzoek naar scheepsinventarissen, die een andere samenstelling hebben dan archeologische contexten op land, gedurende de 17e eeuw de turfschipperij een relatief welvarende tak van de scheepvaart was; het aan boord leven van een gezin was zeker geen teken van armoede.

Over de turf zelf schrijft hij:

‘Het is een plag die veel respect verdient, omdat er een groot verhaal achter schuil gaat. Volgens de berekeningen in dit onderzoek zijn tussen 1550 en 1700 ruim 35 miljard turven over de Zuiderzee vervoerd. Deze zijn alvorens in rook op te gaan, door minimaal tien paar mensenhanden verplaatst.’

Het boek is online te bekijken, of te bestellen via barkhuis.nl.

Opdracht: Promotie aan de Rijks Universiteit Groningen, gefaciliteerd door ADC ArcheoProjecten en het Groninger Instituut voor Archeologie
Uitvoering: W.B. Waldus (ADC ArcheoProjecten)